Welke bijvoeglijke naamwoorden komen in het Frans voor het zelfstandig naamwoord?

Welke bijvoeglijke naamwoorden komen in het Frans voor het zelfstandig naamwoord?

Vóór het zelfstandig naamwoord staan de volgende bijvoegelijke naamwoorden: jeune beau bon ( le ) meilleur dernier joli nouveau long autre grand gros mauvais premier petit haut vieux second/deuxième enz.

Welke 6 Franse bijvoeglijke naamwoorden komen voor het zelfstandig naamwoord?

Bijvoeglijk naamwoord | positie bijv. nw.

• un pull noir. een zwarte trui.
• une fille intelligente. een intelligent meisje.
• un chauffeur polonais. een Poolse chauffeur.

Hoe maak je een bijvoeglijk naamwoord vrouwelijk Frans?

Mannelijk en vrouwelijk bij l’adjectif Als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk is en in enkelvoud staat, krijgt het bijvoeglijk naamwoord een extra –e. Als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk is en in meervoud staat, krijgt het bijvoeglijk naamwoord een extra –es.

Is Grande vrouwelijk?

Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 19 jul 2019 om 13:03….Synoniemen.

Wat zijn de Franse bijvoeglijke naamwoorden?

Plaats van het bijvoeglijk naamwoord

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Bijvoeglijke naamwoorden geven een eigenschap of toestand aan van een zelfstandig naamwoord. Bijvoeglijke naamwoorden staan vaak direct voor het zelfstandig naamwoord waar ze bij horen, maar dat hoeft niet.

Welke Franse bijvoeglijke naamwoorden?

Hoe vorm je een adjectif?

De hoofdregel is simpel en luidt: “L’adjectif staat meestal achter het zelfstandig naamwoord waar het betrekking op heeft” . Voorbeeld: Een rode roos= une rose rouge.

Is cette mannelijk of vrouwelijk?

CETTE is het aanwijzend voornaamwoord voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord enkelvoud : – Il va rendre visite à cette famille.

Is très een bijvoeglijk naamwoord?

Als we bijvoeglijk naamwoorden of bijwoorden willen kwalificeren, gebruiken we très (‘erg’).

Is een bijvoeglijk naamwoord?

Bijvoeglijke naamwoorden geven een eigenschap of toestand aan van een zelfstandig naamwoord. Bijvoeglijke naamwoorden staan vaak direct voor het zelfstandig naamwoord waar ze bij horen, maar dat hoeft niet. Enkele voorbeelden (het bijvoeglijk naamwoord is gecursiveerd): de blonde jongen.

Is jouw een bijvoeglijk naamwoord?

Bijvoeglijke naamwoorden krijgen bij enkelvoudige het-woorden een buigings-e als ze worden voorafgegaan door het lidwoord het, een aanwijzend voornaamwoord (dit, dat) of een bezittelijk voornaamwoord (mijn, je, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun).